
Wat is er gebeurd?
Op 2 maart 1945 worden 46 mannen uit heel Nederland aan het Rademakersbroek bij Varsseveld in de Achterhoek gefusilleerd. Allen zijn zogenoemde ‘Todeskandidaten’ uit gevangenis De Kruisberg in Doetinchem.
De jongste is 18, de oudste 65 jaar. Onder hen zijn kopstukken van het verzet uit Gelderland en Overijssel. Ze zijn pas in de laatste maanden van de oorlog opgepakt, maar zullen de bevrijding net niet halen: slechts 4 weken na hun dood worden Aalten en omgeving bevrijd.
Tot onnoemelijk leed van de families die zij achterlaten: (zwangere) vrouwen, kinderen, ouders, broers en zussen. Ook volgende generaties zullen onder dit trauma lijden.
Hun dood is een represaille voor het ombrengen van vier Duitse militairen door verzetsgroep De Bark, die in de laatste oorlogswinter haar hoofdkwartier heeft in een boerderij in buurtschap De Heurne vlakbij Dinxperlo.
In de nacht van zondag 25 op maandag 26 februari zijn bij een bomkrater aan de Aaltenseweg in een half opgeblazen, gedeeltelijk uitgebrande auto vier Duitse Fallschirmjäger (elite-troepen van de Wehrmacht) gevonden. Hun lichamen tonen sporen van wurging.
Wat gaan we doen?
Het Nationaal Onderduikmuseum onderzoekt in samenwerking met de Oorlogsgravenstichting onder de noemer 'Geef de namen een gezicht' dit drama. Al jaren werken Verhalenvangers van het museum aan het vergaren van informatie over de vorm orde mannen.
In het kader van het Jaar van Verzet is onderzoeker en nabestaande Kirsten Zimmerman gevraagd het m museum te ondersteunen bij deze zoektocht. Met steun van het Vfonds en het ministerie van VWS is het doel de mannen letterlijk een gezicht te geven. Een educatief plan en adoptieplan van de namen van de slachtoffers maakt deel uit van het onderzoek.
Wie krijgen een gezicht?
De 46 mannen, die op 2 maart 1945 nabij het Rademakershoek zijn gefusilleerd.
Fotogalerij









